Mehmet, de ietwat ongewone kok
Kijk eens, ingewanden voor de ingewanden soep, dacht Mehmet. Wij dachten van niet
Onze kok ziet een vis
Yildirim onze watersportman zorgt voor goedkoop vermaak
En dat vindt hij zelf erg grappig
Cultuur kan ook iets anders zijn dan een stoffig museum
De schipper even stoer, daarna viel hij uit met een knieblessure
Fruitdruifje, echt waar…
Mehmet, de ietwat ongewone kok
Het nieuwe seizoen is in volle hevigheid losgebroken. Dat betekent supermooie zeiltochten, veel waterplezier en avonden vol goede gesprekken vergezeld van zowel hapjes als drankjes. Maar dat betekent ook dat we ons het apelazerus lopen om alle lekkernijen op tijd af te hebben. Een van onze gasten (Peter, de commissie volgt nog) suggereerde, ‘wat jullie nodig hebben is een kok’. Maar
ook: ‘Pas op, het eten is een van jullie sterkste punten, dat niveau mag niet naar beneden’.
Tja, een kok, daar hadden we eerlijk gezegd nooit over nagedacht. Maar, hier en daar een visje uitgegooid en daar stond ie dan voor onze neus. Mehmet, vergezelt van een plastic tasje spullen en een scherp mes. Afkomstig van de Zwarte Zee (pas op, rare mensen, aldus de bevolking hier).
Heerlijk. In de ochtend wakker worden, de koffie was al klaar, de boot al afgespoeld en het eitje lag al in de pan te spetteren. Mehmet bleek een man van niet lullen (ook niet echt mogelijk want hij sprak alleen Turks) maar poetsen.
En als het nu bij poetsen was gebleven, dan was er niets aan de hand. Mehmet ambieerde echter veel meer. Tijdens het afmeren stond ie ineens als een idioot met twee in elkaar geknoopte lijnen op onze loopplank te springen.
Kon me niet herinneren dat ooit aan ‘m gevraagd te hebben. Onze hele zorgvuldige procedure van afmeren liep in de soep. Als ik een lijn vastpakte, dan stond Memhmet aan de andere kant te trekken. Het leek meer op een potje ouderwets touwtrekken dan boot afmeren. De zwemtrap uitklappen, klats, daar had je Mehmet die met veel geweld mijn vingers er tussen wist te proppen.
Stefan, onze gast, probeerde het zeil te hijsen maar vond Mehmet op zijn pad die de lijnen uit zijn handen rukte. Verbouwereerd ging hij maar weer zitten.
Notitie gemaakt voor als we een tolk tegen zouden komen. Eigen initiatief is leuk, maar dan dient er wel sprake te zijn van enig inzicht. Onze kok bleek weinig talent te hebben voor zeilen. Geen man overboord (voorlopig) want koks zijn er om te koken. Daar bleek de schoen echter ook te wringen. Zes man zaten met lange tanden een bakje wit niet te definiëren spul op te lepelen. “Best lekker”, probeerde Germaine nog. Maar dat was niet zo. Best vies, zou meer richting de waarheid zijn.
Later bleek dat we iedere dag op een fikse kom van deze drap getrakteerd zouden worden. Inclusief iedere dag rijst en een soort van – nog wel te doen – tomatensalade. Variatie kwam in het woordenboek van Mehmet niet echt voor.
Tijdens het zeilen ging het al iets beter. Ik had ‘m de Engelse volzin ‘one person’ geleerd. Dus iedere keer als hij zin had in een potje touwtrekken gilde ik dit zo hard mogelijk in zijn oor. En verdomd, dan liet ie los!
Na drie dagen rijst met witte drap en lange tanden was het experiment genoeg. Germaine ging weer koken, Mehmet mocht groenten en vlees snijden. Wat wel bleef is de blinkende staat van onze boot. De ramen waren nog nooit zo schoon, het chroom blonk in de zon en na iedere maaltijd stond Mehmet fluitend de afwas te doen. Nog een positief punt, totaal onzichtbaar was ie ’s avonds. De glazen werden netjes gevuld, de hapjes (door Germaine gemaakt) op tafel gezet verder trok hij zich beleefd terug. We hadden geen kok, we hadden een butler. En nog een goeie ook!
Er was maar één ding wat ‘m compleet uit zijn rol als Turkse James deed buitelen. Er hoefde ergens maar een sardien op te springen en meneer stond (kan ie niets aan doen, zo zijn alle Turken) met zijn vislijn te dansen en te springen op het dek. De koffie, drankjes, het poetswerk, alles moest wachten want het hogere doel – het vangen van een vis – was binnen bereik. En was de vis eenmaal gevangen dan verdween hij in de emmer die het dichts in de buurt was. Met als resultaat dat overal op de boot een emmer stond met een vis. Nog een notitie dus: een leefnetje voor vissen kopen voor Mehmet.
Inmiddels was de eerste week ten einde. Perfect verlopen, schildpadden en dolfijnen gezien. Goede zeilwind, mooi weer. Alsnog lekker eten en Mehmet leek zijn nieuwe baan uitstekend te vinden. We gaven ‘m zijn centen en van onze tevreden gasten kreeg hij een fooitje. We hadden een paar dagen vrij dus Mehmet kon mooi zijn familie opzoeken. Hij pakte zijn spullen, schudde hartelijk onze hand en we hebben ‘m nooit meer teruggezien.
Ps. Volgende week komt er een nieuwe. Een meisje dit keer en niet van de Zwarte Zee. Wordt dus vervolgd.